Geef aan met ja of neen als volgende installaties voor de water/schuimvoorziening aanwezig zijn in het gegeven gebouw. Vermeld telkens de locatie, de eigenschappen en hoe de brandweer deze installatie kan gebruiken.
Bluswater aansluitingen (al dan niet voorzien van een afsluiter) zijn vaste (stijg)leidingen die bepaalde verdiepen of sectoren in een gebouw voorzien van bluswater waar de brandweer gebruik van kan maken. Hierdoor hoeft de brandweer geen brandslangen uit te rollen door de trappenhal maar kan de brandweer op het gegeven verdiep rechtstreeks aansluiten op deze blusleiding.
Vermeld de locatie van deze vaste blusaansluitingen. De DSP-diameter (45mm of 70mm), waar de aftappunten zich bevinden en of het een droge of natte leiding is. 
Muurhydranten vind je vaak in de nabijheid van een haspel. Een haspel is bestemd als eerste blusmiddel voor de exploitant en is dus niet van belang voor de brandweer. U hoeft enkel info te geven over de aanwezigheid van muurhydranten.
Vermeld het aantal natte kolommen, Ø voedingsleiding (mm): 70 of Ø DSP-koppeling (mm): 45
Bij vorstgevoelige omgevingen, bv. een parkeergebouw, kunnen muurhydranten aanwezig zijn ‘op droge kolom’. De brandweer zal bij het toekomen op de interventie een aansluiting maken en zo de leiding voeden. Vervolgens sluiten ze slangen aan op het gewenste niveau om de brand te blussen.
Vermeld het aantal droge kolommen, de locatie van de voeding en de Ø voedingsleiding (mm) (DSP 45 of 70).
Op bepaalde sites zijn wateropvang reservoirs voorzien die het vervuilde bluswater tijdens het blussen van een brand verzamelen zodat dit water niet in het openbaar rioleringsnet of open water terecht komt. Op deze reservoirs zijn afsluiters voorzien die bij hevige regen kunnen worden open gezet zodat de reservoirs niet vol lopen met regenwater. Duid aan of deze afsluiters aanwezig zijn en waar ze zich in het gebouw of de constructie bevinden. Deze dienen in principe gesloten te zijn.
Bluspompen vindt u terug nabij bluswaterreservoirs om het water naar de (automatische) blusinstallaties te verpompen. Vermeld hun locatie in het gegeven gebouw, de opvoerdruk en debiet en hoe ze worden ingeschakeld of uitgeschakeld.
Drukverhogingspompen voeren de waterdruk op. Dit kan noodzakelijk zijn in hoge gebouwen. Vermeld hun locatie in het gegeven gebouw, de opvoerdruk en debiet en hoe ze worden ingeschakeld of uitgeschakeld.